Griekenland in de ban - Harold Hamersma - NRC Handelsblad 13-12-2012

13-12-2012 00:00

Europa doet er ook echt alles aan om te zorgen dat de Grieken nooit meer boven jan komen. Zo viel er gisteren in de Volkskrant te lezen dat ‘de export van de hoge kwaliteit zongerijpte agrarische producten een van de potentiële uitwegen is uit de crisis.’ En wijn valt binnen die categorie. Maar wat doen we? Kopersstaking. Vooral Duitsland, de belangrijkste Europese afnemer, is gestopt met Grieks drinken. Volgens het bericht is de export van Griekse wijn in het derde kwartaal met 42 procent afgenomen. Duitsers zouden de wijn boycotten uit verzet tegen de financiële hulp aan Griekenland.

 

En hoe zit het eigenlijk hier? De exportcijfers voor Nederland zijn nog niet bekend. Misschien omdat we in tegenstelling tot onze Oosterburen –die overigens vooral heel veel heel goedkope Griekse wijn drinken- de Nederlanders juist heel weinig Griekse wijn drinken. Wellicht heet de boosdoener hier rétsina, het beroemde, of beter gezegd het beruchte wit dat vooral inspireert tot het aanheffen van de Kerstklassieker O Dennenboom.

 

Decennialang stond deze met hars van de Aleppo-den gemixte wijn uit het midden van het land synoniem voor Grieks wit. Fans leken slechts te vinden onder zeilers die zomers in de Griekse archipel hebben gevaren. Een ijskoud flesje rétsina bij een portie lokale ansjovis door de kapitein van het gehuurde jacht op het strand gegrild terwijl de zon net onderging, ontlokte hen dan nog wel eens de reactie: ‘Dan is het best lekker.’

 

Misschien maar al die andere dagen smaakt het toch een stuk minder. Helemaal als het uitzicht de herfstfile op de ring A10 is. Kortom, du moment dat de Nederlander terug was van zijn vakantie in Griekenland, werd hars alleen nog toegepast om de bikinilijn bij te werken.

 

De Nederlandse wijndrinker schakelde vervolgens weer graag over op zijn vertrouwde op internationale leest geschoeide sauvignon blanc of chardonnay. Toch weet deze vaak niet wat hij zich ontzegt. Griekse wijn is namelijk niet alleen rétsina.

 

In de nu nog door de Grote Vijf (cabernet sauvignon, merlot, syrah, chardonnay en sauvignon blanc) gedomineerde wijnwereld gaat de enigszins gevorderde drinker steeds vaker op zoek naar ‘iets anders’.

 

En dan blijkt Griekenland over een aantal belangrijke wapens te beschikken: uniciteit, anciënniteit en terroir. Om in ieder geval als wijnland boven jan te geraken, beschikt heeft over minstens 300 autochtone druivenrassen, waarvan er nu nog met slechts 35 wordt gewerkt, zoals de assyrtiko, malagousia, moschofilero, xinomavro en aghiorgitiko.

 

Gelukkig is deze Grieks-vinologische introversie niet doorgeslagen naar nationalisme. Tot voor kort werd moderne wijnmaakapparatuur uit den vreemde ingevlogen en ook knowhow werd geïmporteerd door jonge wijnmakers in het buitenland te laten studeren.  Inmiddels behoren de Griekse wijnproducenten zelfs tot de best geëquipeerde van Europa. Van ons geld? Het zijn uw woorden.